De geheim agent
Plus: hoe hoog scoor jij op de Havermelkelite-test? Dankzij Pilatus en een Le Creusetpan van een vroegere vriendin, kwam ik op een 8 uit. Ik identificeer mij noch met Pilatus noch met de pan.
Hoeveel punten scoor jij op de Havermelk Elite Test? Na het luisteren van Boeken FM over De Havelmelkelite van Jonas Kooyman moest ik ook een test doen. Ik scoorde 8, onder meer met Pilatus. Dat doe ik louter omdat het goed voor me is. De juf en de mensen zijn leuk. Er wordt gelachen. Lachen, altijd goed. Ik ben nu zes of acht keer geweest. Gister hadden we een invaljuf en vandaag heb ik spierpijn. Ik vind mijzelf niet dom, maar ik krijg kortsluiting als ik gesproken woord moet verbinden met mijn lichaam. ‘Leg je knieën op heuphoogte.’ Of: ‘tik met je linkerhand je rechterenkel aan.’ ‘Inademen als je omhoog reikt, uitademen als je je in laat zakken.’ (of andersom) Altijd blij als het uur om is.
Verder heb ik geloof ik nog nooit natuurwijn gedronken, maar hebben we wel een pan van Le Creuset, een huwelijkscadeau (van een vriendin die ik nooit meer zie).
Nog een test
Altijd leuk, een test. Wil je bijvoorbeeld weten wat voor fietser je bent? Een Bagagedrager, BlitzFlits of Klimaatfietser?
De (geheim) Agent en mijn tweede boek
Deze zomer heb ik als een bezetene zitten schrijven. Weinig tijd gehad om nieuwsbrieven van anderen te lezen. Naast mijn bed lag een pen met een lampje in de punt dat pas na drie keer heel hard klikken aanging, zodat W. toch wel wakker werd. Mijn tweede boek heeft nu een begin en een eind, kan ik met trots zeggen.
Jaren draaide ik in cirkels rond, sleep een eerste hoofdstuk fijn over een vriendin die in coma raakte. Ik had bedacht dat mijn tweede boek heel anders moest worden dan mijn eerste. Het moest vanuit de derde persoon geschreven worden en ik wilde door de tijd heen springen. Waarom? Omdat dat anders was dan mijn eerste boek (2016).
Vriendin E. zei dapper: ‘Ik vond je eerste boek beter.’
Het werd ongemakkelijk om steeds op vragen van mijn collega’s over mijn vakantie te antwoorden: ‘Ik ga nergens heen. Ik ga schrijven.’
Maar: vanaf januari gaan we er de boer mee op en ‘we’ zijn mijn Agent en ik. Praten over schrijven is altijd gênant. Het is namelijk niet zo dat ik diep geworteld ben in de literaire wereld en in het ene na het andere interview vol zelfvertrouwen praat over mijn schrijverschap. Welk recht heb ik om mijzelf schrijver te noemen?
Afgelopen week heb ik afgesproken met Fenna Riethof, die ook schrijver én journalist is. Feest van herkenning. Ook in haar boek een grote rol voor vriendschap. En: ze heeft dezelfde Agent als ik en schreef er een blog over: ‘Dankzij Agent braken er betere jaren aan: ik had weer deadlines en kwam in een ritme. Wat een pacemaker voor een hartpatiënt is, is Agent voor mij.’
Een Agent. Ik wil het wel van de daken schreeuwen, maar zie veel onbegrip. Voor mijn collega’s, die meer hebben met de Olympische Spelen: zie het als een trainer die zijn lot aan het jouwe verbindt om het optimale eruit te slepen.
De Noodvriendschap
In mijn blogreeks over Vriendschap, het thema waar mijn tweede boek om draait: Prinses Viola had geen drank nodig om midden in een winkelstraat een paard te bestijgen.
Schrijvers united
Ik fantaseer wel eens over een nieuwsbrief die door meerdere mensen wordt geschreven. Want niemand gaat afzonderlijk al die sites van (relatief) onbekende schrijvers aanklikken. Een bundeling van geestverwanten. In een post van Marieke Groen las ik dat zoiets ook al bestaat: Aanlegplaats van Dirk van Boxem. Ik ben er zelf nu ook ‘aangemeerd’ zoals dat heet in Dirks nautische universum.
Enge kok
Tot slot een tip aan de horeca in Bergen aan Zee. Zet die mokkende kok in zijn dwarse fornuiskleren niet in de bediening van je leuke restaurant, zelfs niet in de rustige uurtjes. Twee dagen waren wij lievelingsgasten en dag 3 heeft de kok ons er uit geblaft vanwege 1 Gilles de Tourette-achtig wafje van Rufus. Ja?, denk je nu. Mijn woede is inmiddels ook gezakt, maar ik had er nu eenmaal al een tekening van gemaakt.